22 aug Zen
Het is vroeg in de ochtend en ik zoef met de auto over de heuvelachtige landweggetjes van de Dordogne. Alle ramen van de auto staan open want het was een Zweedse sauna toen ik instapte. Ik passeer pas gemaaide velden met grote rollen geel gras, boerderijen, wijnvelden, olijfbomen, notenbomen en nog eens notenbomen.
Ik ben op weg naar drie dorpen verderop. Op de passagiersstoel ligt een klein flesje met gekoeld water. Uit de boxen klinkt Take it easy van de Eagles en dat doe ik ook. We hebben vanwege la canicule, de hittegolf, bij een meertje onder de bomen afgesproken. Ik ga naar yoga.
Terwijl ik de auto parkeer zie ik de matjes al op het gras liggen. De anderen komen ook met de auto aanrijden, niemand doet hier iets te voet. Ondanks de hittegolf zijn we, inclusief de yogajuf, met z’n achten. Franse, Engelse en Nederlandse vrouwen en een Nederlandse man. La canicule is heel even gespreksonderwerp maar niet op een klagende toon. We zijn hier wel wat gewend qua hitte.
We beginnen met een meditatie en mijn gedachten dwalen af naar de vertrouwde yogastudio in Amsterdam. De yogaleraar daar vroeg ons altijd om tijdens de meditatie in gedachten naar een prettige plek te gaan. Dat was een makkie voor mij, ik visualiseerde onze tuin in Frankrijk. Ik zag mezelf op het gras zitten terwijl ik tjilpende vogels hoorde, de zon op mijn lijf voelde en de geur van de bloeiende kamperfoelie rook. Als ik nu mijn ogen open doe, bevind ik me precies waar ik wil zijn: in Frankrijk onder ruisende bomen met fluitende vogels. De snaterende eend in het meertje is een extraatje.
Terwijl we oefeningen doen spijker ik mijn Frans bij, want de juf doet alles in het Frans. Knieën, dijen, kuiten, voeten, borst, billen, wervelkolom, balans, tenen en hielen, het komt allemaal voorbij. Sommige woorden ken ik vooral van de menukaart.
We staan in de bekende yogapositie le chien: handen en voeten plat op de mat, armen en benen uit elkaar, billen richting le ciel, hoofd tussen de knieën. Tussen mijn benen door zie ik op het weggetje achter ons een boer met tractor en een aanhangwagen vol met hooibalen aankomen rijden. Zoveel omhoog gestoken konten met gespreide benen zorgt voor een grote glimlach op zijn gezicht. Ik weet zeker dat hij normaal gesproken wat korter over dit ritje doet.
We werken ruim een uur lang allerlei posities en oefeningen af die goed zijn voor la colonne vertébrale, de wervelkolom, en gaan dan gestrekt op het matje voor ontspanningsoefeningen. De juf legt bij iedereen speciale kleine zandzakjes op de ogen – heerlijk – en dan gaan we van teen tot kop alles ontspannen.
‘Tout est lourd’, zegt ze, alles is zwaar.
Ze trekt bij iedereen zachtjes aan de enkels om ons nog wat rechter te leggen terwijl alles ondertussen lourd wordt.
Op links hoor ik een beschaafd damessnurkje. Ik doezel een beetje weg op de stem van de juf. En terwijl ik de zon voel die tussen de bladeren op mijn lijf schijnt, de bomen zachtjes hoor ruizen, de geur van warm gras opsnuif en de vogels vrolijk te keer hoor gaan besef ik dat ik niet alleen ontspannen maar dat ik ook heel gelukkig ben.